Projectnieuws Gevaccineerde varkens – een betere beheersing van Salmonella-infecties?

18/06/2019
Varken in stal
Vaccinatie tegen Salmonella tverlaagt het aantal besmette lymfeklieren van slachtvarkens

Vaccinatie van zeugen tegen Salmonella typhimurium heeft een positief effect op de hoeveelheid maternale antilichamen in de biggen, en vaccinatie verlaagt het aantal besmette lymfeklieren van slachtvarkens, dat blijkt uit resultaten van het project SUSALVAC. Vaccinatie kan echter wel eventuele nationale monitoringsprogramma’s bemoeilijken.

Salmonella bij mensen

Salmonellose is een belangrijke zoönose, een ziekte die van dieren op mensen kan overgaan. Salmonella typhimurium is het belangrijkste Salmonella serotype dat bij mensen ziekte veroorzaakt, en het varken is de belangrijkste bron. Het is dus essentieel om slachtvarkens aan te leveren die een verwaarloosbaar risico vormen voor Salmonella typhimurium-overdracht naar de mens.

Vaccinatie ter beheersing van Salmonella

Doel van het project SUSALVAC was dan ook om de beheersing van Salmonella-infecties bij varkens verbeteren. Specifiek werd nagegaan in welke mate de vaccinatie van zeugen en/of biggen een rol speelt bij het onder controle krijgen van de Salmonella typhimurium besmetting onder Belgische varkensproductieomstandigheden. Er werd ook onderzocht hoe vaccinatie kan worden ingesloten in een nieuw Salmonella controleplan, zoals de opvolging van de besmettingstoestand van de bedrijven en het bepalen van de Salmonella-status van varkensloten tijdens de slacht.

Uittesten vaccinatieschema’s

Door de Universiteit Gent, projectcoördinator van dit project, werd op drie gesloten varkensbedrijven verschillende vaccinatieschema’s uitgetest, waarbij zeugen, biggen en/of vleesvarkens gevaccineerd werden met een commercieel levend verzwakt S. typhimurium vaccin. Het effect van groepsvaccinatie werd bepaald bij zeugen op 3 vermeerderingsbedrijven. Naast serologisch onderzoek, werd ook de Salmonella uitscheiding in de mest tijdens de opfok van de dieren en het Salmonella dragerschap in de lymfeklieren tijdens de slacht bepaald via bacteriologisch onderzoek. De rol van het ILVO bestond erin om enerzijds de bekomen Salmonella isolaten verder te gaan identificeren op serotypeniveau en anderzijds de bekomen Salmonella typhimurium isolaten verder te gaan karakteriseren op stamniveau. De identificatie op serotypeniveau werd uitgevoerd om na te gaan of er geen verschuiving gebeurde in de serotypes, nl. dat door het gebruik van een vaccin tegen Salmonella typhimurium als het ware andere serotypes vrij spel krijgen. De karakterisatie tot op stamniveau had tot doel om na te gaan of de gebruikte vaccinstam, ook al was deze verzwakt, toch niet in staat was tot besmetting van de varkens en of vaccinatie een verschuiving veroorzaakte in binnen de Salmonella typhimurium stammen binnen en tussen de verschillende leeftijdsgroepen en matrices (feces, lymfeklieren).

Licht positieve resultaten

Al zijn de resultaten over het algemeen minder gunstig dan gehoopt, er blijkt dat vaccinatie van zeugen een positief effect had op de hoeveelheid maternale antilichamen tegen Salmonella in de biggen van gevaccineerde moederzeugen. Vaccinatie verlaagde ook het aantal met S. typhimurium besmette lymfeklieren van slachtvarkens. Dat was zowel het geval na vaccinatie van zeugen en biggen, van zeugen en vleesvarkens of van alleen de biggen, met de meest consistente reductie in de groep waarbij zeugen en biggen gevaccineerd werden. De vaccinstam kon wel persisteren in de lymfeklieren, wat implicaties kan hebben voor Salmonella monitoringsprogramma’s gebaseerd op Salmonella detectie in slachthuisstalen. Naast de vaccinstam, werden per bedrijf slechts een beperkt aantal verschillende Salmonella typhimurium stammen gevonden en dit bleken dezelfde te zijn zowel voor als na vaccineren.

Groepsvaccinatie van alle zeugen op de vermeerderingsbedrijven induceerde een serologische respons in de zeugen en resulteerde in significant lagere serologische ratios van de vleesvarkens op slachtleeftijd. S. typhimurium uitscheiding daalde wel op de vermeerderingsbedrijven, maar niet significant. Met deze vaccinatiebehandeling werd de vaccinstam echter niet gedetecteerd tijdens de slacht van de vleesvarkens. Op elk bedrijf werd een dominante Salmonella typhimurium stam gevonden die zowel voor als na de groepsvaccinatie terug te vinden was.

Project: SUSALVAC – Effect van vaccinatie tegen Samonella typhimurium bij varkens onder praktijkomstandigheden
Looptijd: 2015 -2018
Financiering: FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu
Samenwerking: UGent (projectcoördinator), Sciensano, DGZ, ILVO

Vragen?

Contacteer ons

Geertrui Rasschaert

Onderzoeker ILVO

Ook interessant