Persbericht EUROqCHARM wil gestandaardiseerde methode voor het meten van plastic vervuiling tegen 2024

24/11/2020
Plastic vervuiling op Belgisch strand
Plastic vervuiling op Belgisch strand

Op Europees niveau afgestemde methodes vastleggen voor de bepaling en opvolging van milieuvervuiling met macro-, micro- en nanoplastics, dat is het ambitieuze doel van het pas gestarte EUROqCHARM. Daarnaast zullen ook blauwdrukken worden ontwikkeld voor standaarden, en zullen aanbevelingen worden geformuleerd naar beleid en wetgeving.
Concreet zullen EUROqCHARM-partners bestaande methodes voor het opsporen van plastic vervuiling gaan evalueren en harmoniseren op Europees niveau - mét strenge kwaliteitscontrole – en de Europese monitoringscapaciteit uitbreiden op basis van de ontwikkelde richtlijnen. Dit zal gebeuren voor plastic zwerfvuil, microplastics en nanoplastics in zoet water, zeewater, bodem en zeebodem, in levende organismen én in de lucht. Het project zal daarmee de nodige en zeer dringende methodologische ondersteuning bieden voor het succesvol implementeren van maatregelen die plastic vervuiling moeten aanpakken en terugdringen.

Van strandafval, oceanische ‘afvaleilanden’ en microplastics in voeding tot plastic stofdeeltjes in de lucht: vandaag is er overtuigend bewijs dat plastic vervuiling ernstig en wijd verbreid is. Deze vorm van vervuiling vormt een bedreiging voor wilde dieren, voor het milieu op het land en in zee, en mogelijks ook voor de gezondheid van de mens. Bijgevolg krijgt plastic vervuiling veel aandacht van beleidsmakers, onderzoekers, de media en het publiek, en – nog belangrijker – is er nu een consensus voor actie. Doel is om goede langetermijnstrategieën te gaan ontwikkelen om de plastic vervuiling en de gevolgen ervan aan te pakken.

Maar daarvoor moeten we de problematiek eerst grondig begrijpen, en dat kan best op basis van vergelijkbare data verworven via gelijkgeschakelde methodes voor bemonstering, analyse en rapportering. En dat is waar het schoentje wringt: die methodes verschillen momenteel nog sterk van land tot land. Bovendien veranderen de methodes nu snel: waar het 10 jaar geleden nog standaard was om (micro-plastics) te tellen met een microscoop, wordt er nu sterk ingezet op een goede staalvoorbereiding en op geavanceerde technieken op basis van spectroscopie, zoals µFTIR of µRAMAN, of zelfs een combinatie van spectroscopie en elektronenmicroscopie (SEM-EDX) voor de detectie van deeltjes kleiner dan een micrometer.

Zonder geharmoniseerde methodes is het bijzonder moeilijk om data te vergelijken, om maatregelen te implementeren en om hun efficiëntie te evalueren. Daarbovenop komt nog het ontbreken van richtlijnen over de exacte doelstellingen van monitoringsactiviteiten. Om daar iets aan te doen, brengt EUROqCHARM – onder leiding van het Noorse Instituut voor Wateronderzoek NIVA - 15 partners samen met expertise in onderzoek naar en monitoring van plasticvervuiling in Europa.

Bert Van Bavel, projectcoördinator NIVA: “EUROqCHARM zal analytische methodes kritisch evalueren en het niveau van harmonisatie verhogen. Het valideren zal gebeuren via vergelijkende proeven tussen prominente laboratoria. Het eindproduct van het proces zal bestaan uit gecertificeerde referentiematerialen. Kennisoverdracht zal bevorderd worden door het organiseren van workshops en door het opbouwen van monitoringscapaciteit in landen waarvan het programma nog in opstartfase zit.

ILVO, als Belgische partner, zal aan het project bijdragen met expertise in het bepalen van plastic vervuiling in mariene sedimenten en in levende organismen. Bavo De Witte, ILVO wetenschapper: “Binnen ILVO loopt het onderzoek naar de verspreiding van plastic vervuiling in het algemeen, en microplastics in het bijzonder, al 10 jaar. Het inpassen van die expertise in internationale harmonisatie is een belangrijke en noodzakelijke volgende stap.

ILVO zal, samen met de Noorse partners NIVA en SALT, ook een belangrijke rol gaan spelen in de uitbouw van een communicatienetwerk voor wetenschappers en andere belanghebbenden. Die laatste worden nauw betrokken om het beslissingsproces te optimaliseren en om een (snelle) implementatie van maatregelen te bevorderen. Die samenwerking is essentieel want het is niet eenvoudig om maatregelen uit te werken voor een problematiek die toch zeer complex is, door de grote variatie aan types polymeren en door de verschillende groottes van plasticpartikels die verspreid zijn in de lucht, bodem en water. EUROqCHARM brengt daarom vertegenwoordigers samen van alle relevante onderzoeksgebieden (marien onderzoek, onderzoek naar oppervlaktewater, drinkbaar water, waterzuivering, bodem, luchtkwaliteit, etc.), van de betrokken industrieën (instrumentenbouwers, producenten van plastic, commerciële laboratoria), van beroepsverenigingen en beleidsniveaus (Verenigde Naties, Europa, lidstaten, normalisatie-instellingen) en van NGO’s. Daardoor komt Europa in een unieke positie om de validatie van beschikbare methodes te gaan coördineren en om afgestemde protocollen te ontwikkelen voor het opmeten van plastic vervuiling. Die methodes en protocollen zullen op hun beurt toelaten dat data vergeleken worden, en dat zal de basis vormen voor Europese en internationale richtlijnen en regelgeving. Die geven beleidsmakers, de industrie en het onderzoek de steun die nodig is bij het streven naar een vermindering van de impact van plastic vervuiling.

EuroqCharm partners
EUROqCHARM partners

This project has received funding from the European Horizon 2020 programme under grant agreement n°101003805

EuroqCharm EU

Vragen?

Contacteer ons

Bavo De Witte

Onderzoeker ILVO

Sofie Vandendriessche

Communicatie ILVO - Coördinator Marien Living Lab

EUROqCHARM

Project coördinator

Ook interessant